Hoofdstuk 16 – Film oefeningen

Koolhydraten

1. Geef de vergelijking in structuurformules van de vorming van sacharose uit twee monosachariden. Zoek de structuurformule van sacharose eerst op.

2. Behalve bio-afval kan men ook aardappelen gebruiken om waterstof te maken. Daartoe moet het aardappelzetmeel, dat is opgebouwd uit glucose-eenheden, eerst worden gehydrolyseerd. Een gedeelte van de structuurformule is aangegeven.Geef de reactievergelijking van de hydrolyse van zetmeel. Doe dat door de vergelijking van de hydrolyse van de binding tussen de twee getekende glucose-eenheden te geven. Gebruik de vereenvoudigde structuurformules.

3. Het koolhydraat maltodextrine wordt gemaakt door zetmeel uit bijvoorbeeld tarwe gedeeltelijk te hydrolyseren. Enzymen in de darmen zorgen voor de verdere hydrolyse van maltodextrine. Een stukje van de structuurformule van het uiteinde van een molecuul maltodextrine is hier aangegeven. Geef de reactievergelijking in structuurformules van de hydrolyse van het uiteinde van een molecuul maltodextrine waarbij twee glucosemoleculen ontstaan.

4. Tijdens het oplossen van sacharose in water worden de aanwezige bindingen tussen de suikermoleculen verbroken. Geef de vergelijking in molecuulformules voor het oplossen van sacharose in water. Geef de namen van de twee typen bindingen die verbroken worden tussen de suikermoleculen bij het oplossen van sacharose.

5. Bij een experiment wordt water door suiker gebonden. Beschrijf op microniveau hoe water wordt gebonden door sacharose.

Eiwitten

1. Teken de tripeptide ser-phe-thry
2. Geef de vergelijking in structuurformules van de vorming van het tripeptide ser-phe-thr uit de aminozuren.
3. Teken het tripeptide: Asp-Pro-Met
4. Geef in structuurformules de hydrolyse weer van de dipeptide Gly-Ala
5. Teken de tripeptide Gly-Ala-Val
6. Teken de hydrolysereactie van de dipeptide Gly-Ala