Zwavelneerslag
Doel van de proef
Vorming van zwavel door een redoxreactie
Benodigdheden
- Grote petrischaal
- Kleine petrischaal
- 2 Pipetten
- Pipetpomp
- HCl (zoutzuur) (20 ml van 1 mol/l)
- Na2S2O3-oplossing (Natriumthiosulfaat) (20 ml van 1 mol/l)
Werkwijze
- Men doet bij de natriumthiosulfaat-oplossing een 20 ml van de zoutzuur oplossing.
- Zet het kleine pertrischaaltje in de grote petrischaal.
- Vervolgens vullen we de ruimte tussen de kleine en grote petrischaal op met 20 ml van de natriumthiosulfaat-oplossing.
- Nu zet men de petrischaal op de overhead projector.Men zet de overhead ook aan.Vervolgens wacht men even af
Waarneming
Na een tijd ziet men een geel neerslag ontstaan in de ring tussen de twee petrischalen. En dit vormt dus een O. Ook ontstaat er een geur die niet zo aangenaam is.
Besluit
Na2S2O3 + 2 HCl –> 2 NaCl + H2S2O3
H2O + SO2 + S
Het zwavel uit de natriumthiosulfaat-oplossing slaat neer door het toevoegen van het zoutzuur. Dit neerslaan zorgt voor een geel neerslag in de vorm van de ring tussen de twee petrischalen dus in de vorm van een O. De geur die ontstaat is afkomstig van de vorming van H2S. Die door de reactie van natriumthiosulfaat en zoutzuur gevormd wordt.