Smelten, verdampen en condenseren
1.Onderzoeksvraag
Hoe zijn de verschillende aggregatietoestanden te onderscheiden?
2.Voorbereiding
Begrippen als achtergrond voor experiment
- aggregatietoestand
Materiaal + stoffen
-
- Bekerglas,
- Porseleinen kom,
- Bunsenbrander,
- Statief met gaas,
- Ijs. Water
Opstelling
3.Uitvoeren
a. Werkwijze
- Het met ijs gevulde bekerglas wordt op het statief met gaas met bunsenbrander op het statief met gaas aan de kook gebracht.
- De porseleinen kom gevuld met ijs wordt vervolgens op de beker geplaatst.
b. Waarneming
Het ijs smelt en er ontstaat een heldere vloeistof. Bij verdere verhitting ontstaat witte stoom, die waterdruppels vormt op de porseleinen kom.
4. Verklaring
Door de toevoer van thermische energie smelt het ijs en verandert het vaste water in vloeibare toestand. Verdere verhitting zorgt ervoor dat het water in het bekerglas verdampt. Het verandert van de vloeibare naar de gasvormige toestand van materie. De ijskoude porseleinen kom onttrekt warmte-energie aan de waterdamp, waardoor deze condenseert. De waterdamp verandert van gasvormig naar vloeibaar.