Identificatie van kunststoffen
1.Onderzoeksvraag
Hoe kunnen we de verschillende soorten kunststoffen herkennen?
2.Voorbereiding
a.Begrippen als achtergrond voor experiment
- Polyethyleen, polypropyleen, polyvinylchloride, polystyreen, PET
b.Materiaal + stoffen
- Allerlei dagelijkse voorwerpen van kunststof.
- Theelichtje
- Lucifers
c.Opstelling (foto)
3.Uitvoeren
a.Werkwijze
Je kan op 2 manieren kunststoffen herkennen:
Door naar het naar het recyclage cijfer te kijken wat op het voorwerp staat.
Of door de kunststof te verbranden en naar de vlam te kijken en ruiken welke geur vrij komt.
b.Waarneming (+ foto’s)
4.Reflecteren
De codes op de kunststoffen staan voor volgende stoffen:
1: polyetheentereftelaat
2: hoge dichtheid polyetheen
3: polyvinylchloride
4: lage dichtheid polyetheen
5: polypropeen
6: polystyreen
7: andere
Bij het verbranden van de kunststoffen kunnen we volgend besluit trekken.
Polyetheen: de vlam is geel gekleurd, met een blauwe kern. Er is een duidelijke kaasgeur.
Polypropeen: brandt met een helle vlam en een blauwe kern. Het druipt brandend af en er wordt een asfaltgeur geproduceerd.
Polyvinylchloride: het brandt met veel rookontwikkeling. Buiten de vlam dooft het meteen. De basis van de vlam is groen gekleurd. De dampen zijn bijtend en irriterend omdat er zoutzuur vrij komt.
Polystyreen: dit brand gemakkelijk, met een heldere, roet afgevende vlam. Er ontstaan neutrale, zoete geurende dampen.
Polyetheentereftalaat: de vlam is geel-oranje. Er is een heel sterke roetvorming en er ontstaat een zoete aromatische geur.
5. Aanvullingen
Het verbranden van de kunststoffen doe je best onder de zuurkast of bij een open raam.
Bronnen