Kies pagina               

Identificatie van een buffermengsel

1.Onderzoeksvraag

Hoe kunnen we  experimenteel een buffermengsel identificeren?

2.Voorbereiding

a. Materiaal + stoffen

  • Koffielepel
  • 4 maatbekers van 100ml
  • 2 maatcilinders van 250ml
  • pH-sensor verbonden aan meetinstrument
  • Spuitfles
  • Azijnzuuroplossing (0,1 mol/l)
  • Gedestilleerd water
  • Natriumacetaat
  • Natriumchloride
  • Natriumhydroxide-oplossing (1 mol/l)
  • Zoutzuuroplossing (HCl) (1 mol/l)

b.Opstelling (foto)

3.Uitvoeren

a.Werkwijze

  • Maak een oplossing A: 50 ml 0,10 azijnoplossing + afgestreken koffielepel natriumacetaat
  • Maak een oplossing B: 50 ml water + afgestreken koffielepel natriumchloride
  • Giet de helft van oplossing A in een andere maatbeker van 100ml
  • Voeg steeds 0,5,10,15,20 druppels HCl-oplossing (1 mol/l) in oplossing A en meet na elke toevoeging de pH met het meetinstrument.
  • Noteer de meetresultaten in de eerste tabel.
  • Voeg steeds 0,5,10,15,20 druppels NaOH-oplossing (1 mol/l) in oplossing A en meet na elke toevoeging de pH met het meetinstrument.
  • Noteer de meetresultaten in de eerste tabel.
  • Giet de helft van oplossing B in een andere maatbeker van 100ml.
  • Voeg steeds 0,5,10,15,20 druppels HCl-oplossing (1 mol/l) in oplossing B en meet na elke toevoeging de pH met het meetinstrument.
  • Noteer de meetresultaten in de tweede tabel.
  • Voeg steeds 0,5,10,15,20 druppels NaOH-oplossing (1 mol/l) in oplossing B en meet na elke toevoeging de pH met het meetinstrument.
  • Noteer de meetresultaten in de tweede tabel.

b.Waarneming en besluit (+ foto’s)

Oplossing A is het buffermengsel

Zoektermen

Een UCLL project

logo lerarenopleidinglogo UCLLlogo Vakdidactieklogo Art of Teaching

Partners

logo covalent

translate »