Polaire binding

http://www.dlt.ncssm.edu/core/Chapter9-Bonding_and_Geometry/Chapter9-Animations/PolarBonding.html 

HERHALING

1. Klik op ‘show HI’.
2. Je ziet een H-atoom en een I-atoom staan. Onder de atomen staat de EN-waarde. Vul de kader  in.

3. Onderaan staat het verschil tussen de EN-waarden, dit is ……… . We hebben geleerd dat als het verschil tussen de
EN-waardes groter is dan ……, we spreken over een ionbinding. Kunnen we hier spreken van een ionbinding? …………
4. Bij een ionbinding worden er elektronen afgegeven of opgenomen. Wat denk je dat hier gaat gebeuren?

ONDERZOEK

• Druk op ‘start’. De atomen gaan dichter en dichter bij elkaar komen.
• Je ziet onderaan de brutoformule van de stof die gevormd is, deze is …………. .
• Bij een atoombinding worden elektronenparen gemeenschappelijk genomen om zo de edelgasconfiguratie te bereiken, de             gemeenschappelijk genomen elektronenparen worden voorgesteld door een streepje.
• We kijken terug naar de definitie van de EN-waarde. Hieruit kan je besluiten dat …. harder aan het gemeenschappelijk elektronenpaar trekt dan ……. . Zo ontstaan er partiële ladingen, deze worden aangeduid met kleine delta (δ) en dan in het superscript een + of -. De elektronen worden niet naar 1 atoom getrokken, maar ze gaan wel een klein beetje verschuiven naar het atoom met de grootste EN-waarde. Het atoom dat het hardste trekt krijgt een ……………………….. partiële lading, het atoom waarvan de elektronen weg getrokken worden, krijgt een ……………………..…… partiële lading.

BESLUIT

Een atoombinding is een binding die plaatsvindt tussen 2 niet-metalen / metalen.
Elektronen worden afgegeven / opgenomen / gemeenschappelijk gesteld om zo de edelgasconfiguratie te bereiken. De atomen kunnen één of meerder elektronen afgeven / opnemen / gemeenschappelijk stellen.
Partiële lading = …………