Petrischaal
Wat/Wie?
Begrip
Een Petrischaal (ook wel petriplaat of celkweekschaal genoemd) is een ondiepe transparante dekselschaal die biologen gebruiken om groeimedium vast te houden waarin cellen kunnen worden gekweekt, oorspronkelijk cellen van bacteriën, schimmels en kleine mossen. De container is vernoemd naar de uitvinder, de Duitse bacterioloog Julius Richard Petri. Het is het meest voorkomende type cultuurplaat.
Wat later Petrischaal werd genoemd, werd oorspronkelijk ontwikkeld door een Duitse arts Robert Koch in zijn privélaboratorium in 1881, als een voorlopermethode. Petri, als assistent van Koch, aan de Universiteit van Berlijn maakte de laatste wijzigingen in 1887 zoals vandaag gebruikt.
Penicilline, het eerste antibioticum, werd ontdekt in 1929 toen Alexander Fleming opmerkte dat schimmel die een bacteriecultuur in een petrischaal had besmet, de bacteriën eromheen had gedood..
Weetjes
.Petrischalen zijn meestal cilindrisch, meestal met diameters variërend van 30 tot 200 mm, en een hoogte-diameterverhouding variërend van 1:10 tot 1:4.
Petrischalen waren van oudsher herbruikbaar en gemaakt van glas; vaak van hittebestendig borosilicaatglas voor een goede sterilisatie bij 120-160 °C.
Sinds de jaren 2010 komen plastic schaaltjes, meestal wegwerp, ook vaak voor.
De schaaltjeszijn vaak bedekt met een ondiep transparant deksel, dat lijkt op een iets bredere versie van de schotel zelf. De deksels van glazen schalen zijn meestal loszittend.
Sommige Petrischalen, vooral plastic, hebben meestal ringen en/ of sleuven op hun deksels en basissen, zodat ze minder geneigd zijn om van elkaar af te glijden wanneer ze gestapeld zijn.
Geschiedenis
Bronnen: KLIK
Een UCLL project
Partners
