Kies pagina               

Begrippen chemie in de tweede graad secundair onderwijs

A

 

aardalkalimetalen De aardalkalimetalen zijn de elementen die in de tweede hoofdgroep van het PSE staan
adsorberen    Adsorberen is een scheidingstechniek die gebaseerd is op het verschil  in adsorptievermogen
aerosol  De verzamelnaam voor de mengsels rook en nevel.
 alcohol   

Alcoholen zijn organische verbindingen met als functionele groep een hydroxylgroep

alkaan    Alkanen zijn koolwaterstoffen met enkelvoudige bindingen tussen de koolstofatomen.
alkalimetalen  De alkalimetalen zijn de elementen die in de eerste hoofdgroep van  het PSE staan.
alkeen  Alkenen zijn koolwaterstoffen met een dubbele binding tussen twee koolstofatomen.
analyse  Een analyse of ontleding is de omzetting van een samengestelde stof  naar twee of meer enkelvoudige stoffen.
anion    Een anion is een negatief geladen ion.
anorganische stof        Anorganische stoffen zijn samengestelde stoffen die vooral voorkomen in de niet-levende natuur.
apolaire binding  Een apolaire binding ontstaat wanneer twee atomen met dezelfde EN-waarde een binding aangaan.
apolair molecule          Een molecule zonder nettoladingsverschuiving.
aq    Aanduiding voor waterige oplossing.
atoom    Een atoom is het kleinst mogelijk deeltje waaruit de materie is opgebouwd.
atoombinding      De atoombinding of covalente binding treedt op tussen twee niet- metaalatomen. De atomen stellen  hun   ongepaarde elektronen gemeenschappelijk.
atoomkern     De atoomkern is het centrale gedeelte van het atoom dat opgebouwd is uit protonen en neutronen.
atoomnummer (Z)      Het atoomnummer geeft het aantal protonen in een atoom weer.
atoomrooster  Roosterstructuur bij atoomverbindingen voor een aantal atomen in vaste toestand, zoals diamant en   grafiet.
atoomsoort        Alle atomen met hetzelfde aantal protonen in de atoomkern behoren toe aan dezelfde atoomsoort of  element.
atoomverbinding De atoomverbinding is opgebouwd uit atomen die aan elkaar gebonden zijn via atoombindingen.
B

 

base   Basen zijn stoffen die een proton kunnen opnemen
basische oplossing Een basische oplossing ontstaat als de hoeveelheid stof van de waterstofionen kleiner is aan de hoeveelheid stof van de hydroxide-ionen.
bestanddeel      Een bestanddeel is elke stof in een mengsel.
b-groep  De b-groep zijn de elementen die zich bevinden in de nevengroep op het PSE.
binaire verbinding  Binaire verbinding is een verbinding die bestaat uit 2 elementen.
binair zout      Een binair zout is een zout waarvan de zuurrest afkomstig is van een binair zuur
binair zuur      Binaire zuren zijn zuren die uit twee elementen bestaan: waterstof en  een niet-metaal.
bindingselektronen      De bindingselektronen zijn de gemeenschappelijk gestelde elektronen bij een atoombinding.
boorgroep     De boorgroep zijn de elementen die in de derde hoofdgroep van  het PSE staan.
brutoformule  De brutoformule van een stof geeft het aantal atomen van elke atoomsoort weer waaruit de molecule van die stof is opgebouwd. In geval van ionverbindingen geeft de brutoformule de formule-eenheid weer.
buffermengsel    Een buffermengsel is een mengsel dat ervoor zorgt ervoor dat de pH van een oplossing binnen bepaalde grenzen weinig verandert bij toevoeging van kleine hoeveelheden zuur of base
C

 

carbonzuur    De carbonzuren zijn koolstofverbindingen met als functionele groep de carboxylgroep (-COOH).
carboxylgroep      De carboxylgroep is de functionele groep van de carbonzuren.
centrifugeren   Het centrifugeren is een scheidingstechniek voor emulsies en suspensies op basis van verschil in massadichtheid.
chemie    Chemie is de wetenschap die de samenstelling en verandering van de  materie bestudeerd en de energieveranderingen die hiermee gepaard gaan.
chemische energie     De chemische energie van een stof is de totale hoeveelheid energie aanwezig in deze stof.
chemische reactie        Een chemisch verschijnsel of reactie is een proces waarbij de  samenstelling van de materie verandert.
coëfficiënt     Een coëfficiënt geeft het aantal moleculen weer.
concentratie De concentratie van een oplossing geeft aan hoeveel opgeloste stof er in een bepaald volume oplossing aanwezig is.
constante van Avogadro (NA) De constante van Avogadro geeft weer hoeveel deeltjes aanwezig zijn  in één mol van om het even welke stof. NA = 6,02 . 1023 .
covalente binding     De atoombinding of covalente binding treedt op tussen twee niet-metaalatomen. De atomen stellen hun ongepaarde elektronen  gemeenschappelijk.
D

 

decanteren       Decanteren is een scheidingstechniek die gebaseerd is op het verschil in massadichtheid.
deelreacties  Oxidatie en reductie zijn de deelreacties van een redoxreactie.
destillaat    Het destillaat is de stof die bij destilleren het eerst uit het mengsel verdampt.
destilleren   Destilleren is een scheidingstechniek die gebaseerd is op het verschil in kooktemperatuur.
dipoolkrachten             Dipoolkrachten zijn intermoleculaire krachten die optreden als gevolg van polaire moleculen.
dipoolmolecule  Polaire molecule of dipoolmolecule is een molecule met een nettoladingsverschuiving.
direct waarneembare stofeigenschappen Stofeigenschappen die je zintuiglijk kan waarnemen.
dispersiekrachten       Dispersiekrachten zijn intermoleculaire krachten die optreden als gevolg van de voortdurende beweging van elektronen in een molecule.
dissociatie Dissociatie is het proces waarbij ionen uit de ionverbindingen vrijkomen wanneer ze oplossen in water.
dissociatievergelijking  Dissociatievergelijking is een vergelijking die de dissociatie van een ionverbinding weergeeft
doublet Doublet of elektronenpaar.
drievoudige binding      Een drievoudige binding is een atoombinding waarbij elk bindingsatoom drie elektronen gemeenschappelijk stelt.
dubbele binding   Een dubbele binding is een atoombinding waarbij elk bindingsatoom twee elektronen gemeenschappelijk stelt.
E
edelgasconfiguratie      De edelgasconfiguratie is een stabiele elektronenconfiguratie van een element dat evenveel valentie-elektronen heeft als een edelgas, nl. twee voor helium en acht voor alle andere edelgassen.
edelgassen    De edelgassen zijn de elementen die in de achtste hoofdgroep van het PSE staan.
eenheidslading      De elementaire lading of eenheidslading is de lading van één proton.
elektrolyt             Een elektrolyt is een samengestelde stof die in gesmolten toestand  en/of opgelost in water vrije ionen vormen en in die toestand de  elektrische stroom geleidt.
elektron (e)              Een elektron is het klein negatief geladen deeltje dat zich rond de  atoomkern bevindt
elektronegatief element           Een elektronegatief element is een element dat elektronen kan opnemen om een stabiele edelgasconfiguratie te bekomen. Een elektronegatief element vormt negatieve ionen of anionen.
elektronegatieve waarde (EN-waarde) De elektronegatieve waarde van een atoom geeft aan hoe sterk het atoom de neiging heeft om de bindingselektronen naar zich toe te trekken.
elektronenpaar    Doublet of elektronenpaar.
elektronenstipmodel   Elektronenstipmodel of Lewisnotatie is een vereenvoudigde voorstelling van de valentie-elektronen rond een atoomkern.
elektropositief element     Een elektropositief element is een element dat elektronen kan afgeven om een stabiele edelgasconfiguratie te bekomen. Een elektropositief element vormt positieve ionen of kationen.
element        Alle atomen met hetzelfde aantal protonen in de atoomkern behoren  toe aan dezelfde atoomsoort of element.
elementaire lading      De elementaire lading of eenheidslading is de lading van één proton.
emulsie        Een emulsie bestaat uit fijne vloeistofdeeltjes in een andere vloeistof.
endo-energetische reactie         Een endo-energetische reactie is een reactie waarbij energie wordt  opgenomen.
  energie-inhoud   Energie-inhoud van een stof is de totale hoeveelheid energie in een stof.
energieniveau  Energieniveau of schil is de plaats waar elektronen zich bevinden rond de atoomkern volgens het atoommodel van Bohr.
energieomzetting    Energieomzetting of energieverandering is de energie-uitwisseling die optreedt met de omgeving bij een chemische reactie.
energieverandering Energieomzetting of energieverandering is de energie-uitwisseling die optreedt met de omgeving bij een chemische reactie.
enkelvoudige binding         Een enkelvoudige binding is een atoombinding waarbij elk bindingsatoom één elektron  gemeenschappelijk stelt.
enkelvoudige stof  Een enkelvoudige stof is een stof waarvan de moleculen bestaan uit één atoomsoort.
essentiële ionenreactievergelijking De essentiële ionenreactievergelijking  geeft de combinatie van de ionen weer die een neerslag, gas of neutralisatie veroorzaken.
exo-energetische reactie         Een exo-energetische reactie is een reactie waarbij energie wordt  afgegeven.
extraheren        Extraheren is een scheidingstechniek die gebaseerd is op het verschil in oplosbaarheid.
extractiemiddel        Een extractiemiddel is een stof,  die één of meerdere bestanddelen uit een mengsel oplost bij het extraheren.
F
filtraat      Het filtraat is de vloeistof die door de filter gelopen is.
filtreren       Filtreren is een scheidingstechniek die gebaseerd is op het verschil  in deeltjesgrootte.
formule-eenheid    De formule-eenheid is een vereenvoudigde voorstelling van een ionverbinding.
functionele groep.    Gemeenschappelijk atoom of atoomgroep voor stoffen in eenzelfde stofklasse.
fysische constante             Specifieke stofeigenschappen zoals kookpunt, smeltpunt.
fysisch verschijnsel           Een fysisch verschijnsel is een proces waarbij de samenstelling van de  materie niet verandert.
G
gasmengsel             Homogeen mengsel van twee of meer gassen.
gasontwikkelingsreactie    Een gaswikkelingsreactie is een chemisch proces waarbij door het samenvoegen van elektrolytoplossingen gasbellen in een vloeistof ontstaan.
gasvorming          Stofverandering waarbij een schuim gevormd wordt.
gehydrateerd ion       Een gehydrateerd ion is een ion dat omringd is door watermoleculen.
geleider         Een stof of een oplossing die verplaatsbare ladingen bevat.
geometrie         De geometrie van een molecule is de ruimtelijke schikking van de atomen ten opzichte van elkaar.
groep                   Een kolom in het PSE noem je een groep.
grof mengsel               Heterogeen mengsel van vaste stoffen.
H
halogenen         De halogenen zijn de elementen die in de zevende hoofdgroep  van het PSE staan.
heterogeen mengsel    Bij een heterogeen mengsel kun je de bestanddelen onderscheiden  met het blote oog.
hoeveelheid stof           In de chemie druk je een hoeveelheid stof uit in mol.
homogeen mengsel     Bij een homogeen mengsel kun je de bestanddelen niet onderscheiden met het blote oog.
hoofdgroep                   De hoofdgroepen zijn de a-groepen en groep 0 van het PSE.
hydraat            Hydraten zijn zouten die in hun kristalstructuur water bezitten.
hydroxide   De hydroxiden zijn ionverbindingen tussen een metaalion en één of  meerdere hydroxide-ionen.
hydroxide-ionen        De functionele groep van hydroxiden.
hydroxylgroep        De functionele groep van alcoholen.
I
index Een index geeft aan hoe vaak je eenzelfde atoomsoort terugvindt in  een molecule.
intermoleculaire krachten   Intermoleculaire krachten zijn krachten tussen moleculen onderling.
inert         Een inerte stof, is een stof die weinig reactief is.
intramoleculaire krachten  Intramoleculaire krachten zijn de chemische bindingskrachten tussen de atomen van een atoomverbinding.
ion      Een ion is een geladen deeltje.
Ion-dipoolkrachten       Ion-dipoolkrachten zijn de zeer sterke intermoleculaire aantrekkingskrachten tussen ionen en dipoolmoleculen.
Ion-ionkracht   Aantrekkingskracht tussen de tegengesteld geladen ionen in een ionverbinding.
ionbinding     Een ionbinding treedt op tussen metaalionen en niet-metaalionen.
ionenuitwisselingsreacties       Ionenuitwisselingsreacties zijn reacties tussen tegengesteld geladen ionen van twee elektrolyten in water
ionisatie    Ionisatie is het proces waarbij sommige polaire moleculen ionen vormen wanneer ze oplossen in water.
ionisatievergelijking Een ionisatievergelijking is een vergelijking die de ionisatie van polaire moleculen in water weergeeft.
ionrooster     In een ionrooster zijn alle ionen geordend volgens een regelmatig patroon.
ionverbinding     Een ionverbinding is het geheel van positieve en negatieve ionen.
ionvorming          Ionvorming is het proces waarbij atomen elektronen uitwisselen om te komen tot een edelgasconfiguratie.
isolator        Een stof of een oplossing die geen verplaatsbare ladingen bevat.
IUPAC-benaming   IUPAC-benaming of systematische benaming.
K
karakteristieke groep Gemeenschappelijk atoom of atoomgroep voor stoffen in eenzelfde stofklasse.
kation  Een kation is een positief geladen ion.
koolstofgroep   De koolstofgroep zijn de elementen die in de vierde hoofdgroep  van het PSE staan.
koolstofverbinding      Organische stoffen of koolstofverbindingen zijn stoffen die  hoofdzakelijk in de levende natuur voorkomen.
koolwaterstof   Een koolwaterstof is een verbinding waarin uitsluitend koolstof- en waterstofatomen zitten.
kristalliseren         Kristalliseren is een scheidingstechniek die gebaseerd is op het verschil in kookpunt.
L
ladingsvector       De ladingsvector geeft de ladingsverschuiving van de bindingselektronen in een polaire binding aan.
ladingsverschuiving  De verschuiving van de bindingselektronen in een polaire binding.
legering       Homogeen mengsel van vaste stoffen.
Lewisnotatie    Elektronenstipmodel of Lewisnotatie is een vereenvoudigde voorstelling van de valentie-elektronen rond een atoomkern
M
massaconcentratie (cm)      De massaconcentratie van een oplossing is de verhouding van de massa opgeloste stof uitgedrukt in gram tot het volume van de oplossing uitgedrukt in liter.
massadichtheid     Massadichtheid is de verhouding tussen de massa en het volume van een stof.
massagetal (A)     Het massagetal van een atoom is de som van het aantal protonen en  neutronen in de atoomkern.
materie     Materie is de verzamelnaam voor alle stoffen. Het omvat alles wat een massa heeft.
meetbare stofeigenschap       Stofeigenschappen die te bepalen zijn met meettoestellen.
mengsel  Een mengsel bestaat uit verschillende stoffen.
metaal   Een metaal is een elektropositief element. Een metaal geeft elektronen af om de edelgasconfiguratie te bekomen. Er ontstaat een positief ion of kation.
metaalbinding      en metaalbinding is een binding waarbij de metaalatomen hun elektronen van de buitenste schil afgeven. De hierbij ontstane positieve metaalionen vormen samen met de afgegeven elektronen de basis van het metaalrooster. De losgekomen elektronen kunnen   zich vrij bewegen tussen de metaalionen.
metaaloxide       Metaaloxiden zijn ionverbindingen tussen metaalionen en oxide-ionen.
metaalrooster      In een metaalrooster zitten positieve metaalionen op regelmatige afstand van elkaar. De losgekomen elektronen kunnen zich vrij bewegen tussen de metaalionen.
minerale stof     Anorganische of minerale stoffen zijn samengestelde stoffen die vooral voorkomen in de niet-levende natuur.
mol        De mol is de eenheid waarmee je een hoeveelheid stof uitdrukt.
molaire concentratie (c De molair concentratie van een oplossing is de verhouding van de hoeveelheid opgeloste stof uitgedrukt in mol tot het volume van de oplossing uitgedrukt in liter.
molaire massa (M)    De molaire massa is de massa van 1 mol deeltjes en wordt uitgedrukt in g/mol.
molair volume (Vm)    Het molair volume is het volume dat 1 mol van een stof inneemt
molecule       Een molecule is een groep aan elkaar gebonden atomen.
molecuulmodel        Een molecuulmodel is de voorstellingswijze van hoe atomen een molecule vormen.
molecuulrooster      Roosterstructuur van moleculen in vaste toestand die volgens een bepaald patroon zijn geordend.
molverhouding               Molverhouding is de verhouding van de coëfficiënten zoals weergegeven in een reactievergelijking.
N
natuurlijke stoffen    Natuurlijke stoffen zijn stoffen die in de natuur voorkomen.
neerslagreactie   Neerslagreactie is een chemisch proces waarbij door het samenvoegen van elektrolytoplossingen vaste deeltjes in een vloeistof ontstaan.
neerslagvorming       Stofverandering waarbij een suspensie ontstaat.
neutrale oplossing  Een neutrale oplossing ontstaat als de hoeveelheid stof van de waterstofionen gelijk is aan de hoeveelheid stof van de hydroxide-ionen.
neutralisatiereactie   Een neutralisatiereactie is een chemisch proces van een zuur en een hydroxide waarbij zout en water ontstaat.
neutron (n0)                Een neutron is het neutraal deeltje dat zich in de atoomkern bevindt.
nettoladingsverschuiving   De vectoriële som van alle ladingvectoren in een polair of apolair molecule.
nevel        Mengsel van kleine vloeistofdruppels in een gas.
nevengroepen            De nevengroepen zijn de b-groepen van het PSE.
niet-elektrolyt      Een niet-elektrolyt is een samengestelde stof die bij het oplossen geen ionen vormt en dus de elektrische stroom niet geleidt.
niet-metaal   Een niet-metaal is een elektronegatief element. Een niet-metaal neemt elektronen op om de edelgasconfiguratie te bekomen. Er ontstaat een negatief ion of anion.
niet-metaaloxide                     Niet-metaaloxiden zijn atoomverbindingen van niet-metaalatomen en zuurstofatomen.
normaal alkaan                Alkanen waarbij alle C-atomen één lange keten vormen.
nucleonen        Nucleonen of kerndeeltjes.
O
omslaggebied         Het omslaggebied is het pH-gebied waarin de kleurverandering van een zuur-base-indicator gebeurt.
ongepaard elektron     Een apart elektron in de buitenste schil van een atoom.
ontleding  Een analyse of ontleding is de omzetting van een samengestelde stof  naar twee of meer enkelvoudige stoffen.
oplosbaarheidstabel      De oplosbaarheidstabel geeft informatie over de mogelijkheid tot neerslagvorming bij een ionenuitwisselingsreactie.
oplossing     Een oplossing bestaat uit een vloeistof, vaste stof of een gas opgelost in een vloeistof.
organische stof    Organische stoffen of koolstofverbindingen zijn stoffen die hoofdzakelijk in de levende natuur voorkomen .
oxidatie             Een oxidatie is een chemisch proces waarbij het oxidatiegetal van een  element stijgt en elektronen worden afgestaan.
oxidatiegetal (OG)         Het oxidatiegetal (OG) is de denkbeeldige lading die een atoom krijgt als alle bindingen met de atomen van een ander element in die verbinding ionbindingen zijn.
oxidator                 Een oxidator is een stof die elektronen opneemt.
oxide          Oxiden zijn binaire verbindingen die zuurstof bevatten. 
oxozuur       Een oxozuur is een zuur dat bestaat uit drie elementen: waterstof,  een centraal niet-metaal en zuurstof.
P
partieel negatieve lading             De partieel lading of deellading welke het meest elektronegatieve atoom krijgt in een polaire binding.
partieel positieve lading     De partieel lading of deellading welke het minst elektronegatieve atoom krijgt in een polaire binding.
periode    Een rij in het PSE noem je een periode.
pH   De pH is het negatief logaritme van de evenwichtsconcentratie aan H+ – ionen en geeft de zuurgraad van een oplossing weer.
pH-schaal  De pH-schaal is de schaal van 0 tot 14 wat de zuurtegraad van een oplossing aangeeft.
proton (p+)            Een proton is het positief geladen deeltje dat zich in de  atoomkern bevindt.
Periodiek Systeem van de Elementen (PSE)    Het Periodiek Systeem van de Elementen ordent de elementen die men tot op vandaag kent volgens toenemend atoomnummer in een tabel .
polaire binding         Een polaire binding ontstaat wanneer twee atomen met een verschillende EN-waarde een binding aangaan.
polaire molecule   Polaire molecule of dipoolmolecule is een molecule met een nettoladingsverschuiving.
R
reactiepijl               De reagentia en reactieproducten in een reactievergelijking worden gescheiden met behulp van een reactiepijl.
reactieproduct     Een reactieproduct of eindstof is de stof die gevormd wordt tijdens  een reactie.
reactievergelijking      Een reactievergelijking is een symbolische voorstelling van een  chemische reactie.
reagens              Een reagens of beginstof is de stof die tijdens een reactie een  verandering ondergaat.
redoxreactie         Een reactie waarbij het OG van een element toeneemt en het OG van een ander element afneemt
reductie      Een reductie is een chemisch proces waarbij het oxidatiegetal van een element daalt en elektronen worden opgenomen.
reductor            Een reductor is een stof die elektronen afgeeft.
relatieve atoommassa Ar    Duid aan hoeveel maal de absolute atoommassa van een atoomsoort groter is dan de atoommassa-eenheid.
relatieve molecuulmassa Mr       Is de verhouding van de absolute molecuulmassa van een molecule tot de atoommassa-eenheid.
residu           Het residu is de stof die achterblijft na filtreren of destilleren.
rook      Heterogeen mengsel van kleine vaste deeltjes in een gas.
S
samengestelde stof     Een samengestelde stof is een stof waarvan de moleculen bestaan uit meerdere atoomsoorten.
scheidingsschema    Een overzichtelijke manier om de gebruikte scheidingstechnieken bij een complex mengsel voor te stellen.
scheidingstechnieken  Om mengsels te scheiden in zuivere stoffen gebruik je scheidingstechnieken.
schil   Energieniveau of schil is de plaats waar elektronen zich bevinden rond de atoomkern volgens het atoommodel van Bohr.
schuim       Heterogeen mengsel van een gas in een vloeistof.
stamnaam        De stamnaam geeft aan hoeveel koolstofatomen er in de koolstofketen aanwezig zijn.
sterke elektrolyt     Sterke elektrolyten zijn stoffen waarvan het gedeelte dat oplost in water volledig in ionen ioniseert of dissocieert.
sterk zuur   Een zuur waarbij alle moleculen ioniseren in een  oplossing.
stikstofgroep        De stikstofgroep zijn de elementen die in de vijfde hoofdgroep van het PSE staan.
stocknotatie        Bij de stocknotatie maak je gebruik van oxidatiegetallen in de systematische naam.
stofeigenschappen      Stofeigenschappen zijn eigenschappen die betrekking hebben op de stof(fen) waaruit het voorwerp opgebouwd.
stoffenreactievergelijking   De stoffenreactievergelijking geeft de reactie weer met de formules van alle reagentia en reactieproducten bij een ionenuitwisselingsreactie.
stofklasse        Een stofklasse is een groep stoffen met gelijkaardige chemische eigenschappen.
stofverandering            Stofomzetting bij een chemische reactie.
stofomzetting  De vorming van nieuwe stoffen bij een chemische reactie.
stoichiometrie     Stoichiometrie is de verhouding waarin reagentia met elkaar reageren en reactieproducten vormen.
structuurformule     De structuurformule is een tweedimensionele weergave van de verschillende atomen en alle atoombindingen ertussen.
suspensie       Een suspensie bestaat uit fijne vaste deeltjes in een vloeistof.
symbool               Elk element heeft een naam die je met een symbool kunt voorstellen.
synthese      Een synthese of samenstelling is de omzetting van enkelvoudige stoffen naar samengestelde stof.
synthetische stoffen    Synthetische stoffen zijn stoffen die bereid worden in de chemische industrie.
systematische naam    De systematische naam van een stof is de naam van die stof die  volgens internationale afspraken stapsgewijs wordt opgebouwd.
T
ternaire zout                   Ternaire zouten zijn zouten waarvan de zuurrest afkomstig is van een ternair zuur.
ternair zuur        Ternaire zuren zijn zuren die opgebouwd zijn uit 3 elementen: waterstof, een niet-metaal en zuurstof.
triviale naam         De triviale naam of gebruiksnaam van een stof is de naam die in het dagelijks leven gebruikt wordt.
U
uitdampen        Scheidingstechniek voor homogene mengsels op basis van kooktemperatuur.
unit      Internationale atoommassa-eenheid, gelijk aan 1/12de van de massa van een C-atoom.
universele indicator      De universele indicator is een mengsel van verschillende zuur-base-indicatoren waardoor het voor meerdere pH-waarden een andere kleur aangeeft.
V
valentie-elektron

Een valentie-elektron is een elektron dat zich in de buitenste bezette schil van een atoom bevindt.

verdunnen   Verdunnen is het toevoegen van extra oplosmiddel aan een oplossing. De hoeveelheid opgeloste stof blijft ongewijzigd.
verdunningsregel             De verdunningsregel is de aanduiding dat de hoeveelheid opgeloste stof ongewijzigd blijft bij het verdunnen van een oplossing.
verkorte structuurformule    Structuurformule waarbij de bindingen met waterstof niet worden getekend.
voorwerpeigenschappen  Voorwerpeigenschappen zijn eigenschappen die betrekking hebben op het voorwerp.
W
waterstofbrugkrachten Waterstofbrugkrachten zijn intermoleculaire krachten die ontstaan tussen moleculen waarin een waterstofatoom gebonden is aan fluor, zuurstof of stikstof.
waterstofzouten          Waterstofzouten zijn zouten waarbij in de zuurrest nog één of meerdere waterstofatomen zijn gebonden.
wet van behoud van atoomsoorten  Bij een chemische reactie blijven de atoomsoorten en het aantal atomen behouden. Alle atoomsoorten die voorkomen in de reagentia zijn ook terug te vinden in de reactieproducten.
wet van behoud van massa  Bij een chemische reactie blijft in een afgesloten ruimte de totale massa gelijk. Dit is de wet van Lavoisier of de wet van behoud van massa.
Z
zeven         Scheidingstechniek voor heterogene mengsels op basis van verschil in deeltjesgrootte.
zout          Zouten zijn ionverbindingen tussen één of meerdere metaal- of ammoniumionen en één of meerdere zuurrestionen.
zure oplossing   Een zure oplossing ontstaat als de hoeveelheid stof van de waterstofionen groter is aan de hoeveelheid stof van de hydroxide-ionen.
zuur               Zuren zijn atoomverbindingen tussen één of meerdere waterstofatomen en een zuurrest.
zuur-base indicator    Een zuur-base indicator is een stof die een verschillende kleur aanneemt afhankelijk van de pH van de oplossing.
zuurrest       Het negatieve ion dat ontstaat bij het ioniseren van zuren.
zuivere stof  Een zuivere stof bestaat uit één stof.
zuurtegraad       De zuurtegraad van een oplossing is een maat om aan te geven of een oplossing zuur, neutraal of basisch is.
zuurstofgroep  De zuurstofgroep zijn de elementen die in de zesde hoofdgroep van het PSE staan.
zwak elektrolyt       Zwakke elektrolyten zijn stoffen waarvan het gedeelte dat oplost in water weinig in ionen ioniseert of dissocieert.
zwak zuur         Zwakke zuren lossen volledig op in water maar ioniseren slechts gedeeltelijk.

Begrippen chemie in de tweede graad secundair onderwijs

A

aardalkalimetalen De aardalkalimetalen zijn de elementen die in de tweede hoofdgroep van het PSE staan
adsorberen    Adsorberen is een scheidingstechniek die gebaseerd is op het verschil  in adsorptievermogen
aerosol  De verzamelnaam voor de mengsels rook en nevel.
 alcohol   

Alcoholen zijn organische verbindingen met als functionele groep een hydroxylgroep

alkaan    Alkanen zijn koolwaterstoffen met enkelvoudige bindingen tussen de koolstofatomen.
alkalimetalen  De alkalimetalen zijn de elementen die in de eerste hoofdgroep van  het PSE staan.
alkeen  Alkenen zijn koolwaterstoffen met een dubbele binding tussen twee koolstofatomen.
analyse  Een analyse of ontleding is de omzetting van een samengestelde stof  naar twee of meer enkelvoudige stoffen.
anion    Een anion is een negatief geladen ion.
anorganische stof        Anorganische stoffen zijn samengestelde stoffen die vooral voorkomen in de niet-levende natuur.
apolaire binding  Een apolaire binding ontstaat wanneer twee atomen met dezelfde EN-waarde een binding aangaan.
apolair molecule          Een molecule zonder nettoladingsverschuiving.
aq    Aanduiding voor waterige oplossing.
atoom    Een atoom is het kleinst mogelijk deeltje waaruit de materie is opgebouwd.
atoombinding      De atoombinding of covalente binding treedt op tussen twee niet- metaalatomen. De atomen stellen  hun   ongepaarde elektronen gemeenschappelijk.
atoomkern     De atoomkern is het centrale gedeelte van het atoom dat opgebouwd is uit protonen en neutronen.
atoomnummer (Z)      Het atoomnummer geeft het aantal protonen in een atoom weer.
atoomrooster  Roosterstructuur bij atoomverbindingen voor een aantal atomen in vaste toestand, zoals diamant en   grafiet.
atoomsoort        Alle atomen met hetzelfde aantal protonen in de atoomkern behoren toe aan dezelfde atoomsoort of  element.
atoomverbinding De atoomverbinding is opgebouwd uit atomen die aan elkaar gebonden zijn via atoombindingen.

B

base   Basen zijn stoffen die een proton kunnen opnemen
basische oplossing Een basische oplossing ontstaat als de hoeveelheid stof van de waterstofionen kleiner is aan de hoeveelheid stof van de hydroxide-ionen.
bestanddeel      Een bestanddeel is elke stof in een mengsel.
b-groep  De b-groep zijn de elementen die zich bevinden in de nevengroep op het PSE.
binaire verbinding  Binaire verbinding is een verbinding die bestaat uit 2 elementen.
binair zout      Een binair zout is een zout waarvan de zuurrest afkomstig is van een binair zuur
binair zuur      Binaire zuren zijn zuren die uit twee elementen bestaan: waterstof en  een niet-metaal.
bindingselektronen      De bindingselektronen zijn de gemeenschappelijk gestelde elektronen bij een atoombinding.
boorgroep     De boorgroep zijn de elementen die in de derde hoofdgroep van  het PSE staan.
brutoformule  De brutoformule van een stof geeft het aantal atomen van elke atoomsoort weer waaruit de molecule van die stof is opgebouwd. In geval van ionverbindingen geeft de brutoformule de formule-eenheid weer.
buffermengsel    Een buffermengsel is een mengsel dat ervoor zorgt ervoor dat de pH van een oplossing binnen bepaalde grenzen weinig verandert bij toevoeging van kleine hoeveelheden zuur of base

 C

carbonzuur    De carbonzuren zijn koolstofverbindingen met als functionele groep de carboxylgroep (-COOH).
carboxylgroep      De carboxylgroep is de functionele groep van de carbonzuren.
centrifugeren   Het centrifugeren is een scheidingstechniek voor emulsies en suspensies op basis van verschil in massadichtheid.
chemie    Chemie is de wetenschap die de samenstelling en verandering van de  materie bestudeerd en de energieveranderingen die hiermee gepaard gaan.
chemische energie     De chemische energie van een stof is de totale hoeveelheid energie aanwezig in deze stof.
chemische reactie        Een chemisch verschijnsel of reactie is een proces waarbij de  samenstelling van de materie verandert.
coëfficiënt     Een coëfficiënt geeft het aantal moleculen weer.
concentratie De concentratie van een oplossing geeft aan hoeveel opgeloste stof er in een bepaald volume oplossing aanwezig is.
constante van Avogadro (NA) De constante van Avogadro geeft weer hoeveel deeltjes aanwezig zijn  in één mol van om het even welke stof. NA = 6,02 . 1023 .
covalente binding     De atoombinding of covalente binding treedt op tussen twee niet-metaalatomen. De atomen stellen hun ongepaarde elektronen  gemeenschappelijk.

D

decanteren       Decanteren is een scheidingstechniek die gebaseerd is op het verschil in massadichtheid.
deelreacties  Oxidatie en reductie zijn de deelreacties van een redoxreactie.
destillaat    Het destillaat is de stof die bij destilleren het eerst uit het mengsel verdampt.
destilleren   Destilleren is een scheidingstechniek die gebaseerd is op het verschil in kooktemperatuur.
dipoolkrachten             Dipoolkrachten zijn intermoleculaire krachten die optreden als gevolg van polaire moleculen.
dipoolmolecule  Polaire molecule of dipoolmolecule is een molecule met een nettoladingsverschuiving.
direct waarneembare stofeigenschappen Stofeigenschappen die je zintuiglijk kan waarnemen.
dispersiekrachten       Dispersiekrachten zijn intermoleculaire krachten die optreden als gevolg van de voortdurende beweging van elektronen in een molecule.
dissociatie Dissociatie is het proces waarbij ionen uit de ionverbindingen vrijkomen wanneer ze oplossen in water.
dissociatievergelijking  Dissociatievergelijking is een vergelijking die de dissociatie van een ionverbinding weergeeft
doublet Doublet of elektronenpaar.
drievoudige binding      Een drievoudige binding is een atoombinding waarbij elk bindingsatoom drie elektronen gemeenschappelijk stelt.
dubbele binding   Een dubbele binding is een atoombinding waarbij elk bindingsatoom twee elektronen gemeenschappelijk stelt.

E

edelgasconfiguratie      De edelgasconfiguratie is een stabiele elektronenconfiguratie van een element dat evenveel valentie-elektronen heeft als een edelgas, nl. twee voor helium en acht voor alle andere edelgassen.
edelgassen    De edelgassen zijn de elementen die in de achtste hoofdgroep van het PSE staan.
eenheidslading      De elementaire lading of eenheidslading is de lading van één proton.
elektrolyt             Een elektrolyt is een samengestelde stof die in gesmolten toestand  en/of opgelost in water vrije ionen vormen en in die toestand de  elektrische stroom geleidt.
elektron (e)              Een elektron is het klein negatief geladen deeltje dat zich rond de  atoomkern bevindt
elektronegatief element           Een elektronegatief element is een element dat elektronen kan opnemen om een stabiele edelgasconfiguratie te bekomen. Een elektronegatief element vormt negatieve ionen of anionen.
elektronegatieve waarde (EN-waarde) De elektronegatieve waarde van een atoom geeft aan hoe sterk het atoom de neiging heeft om de bindingselektronen naar zich toe te trekken.
elektronenpaar    Doublet of elektronenpaar.
elektronenstipmodel   Elektronenstipmodel of Lewisnotatie is een vereenvoudigde voorstelling van de valentie-elektronen rond een atoomkern.
elektropositief element     Een elektropositief element is een element dat elektronen kan afgeven om een stabiele edelgasconfiguratie te bekomen. Een elektropositief element vormt positieve ionen of kationen.
element        Alle atomen met hetzelfde aantal protonen in de atoomkern behoren  toe aan dezelfde atoomsoort of element.
elementaire lading      De elementaire lading of eenheidslading is de lading van één proton.
emulsie        Een emulsie bestaat uit fijne vloeistofdeeltjes in een andere vloeistof.
endo-energetische reactie         Een endo-energetische reactie is een reactie waarbij energie wordt  opgenomen.
  energie-inhoud   Energie-inhoud van een stof is de totale hoeveelheid energie in een stof.
energieniveau  Energieniveau of schil is de plaats waar elektronen zich bevinden rond de atoomkern volgens het atoommodel van Bohr.
energieomzetting    Energieomzetting of energieverandering is de energie-uitwisseling die optreedt met de omgeving bij een chemische reactie.
energieverandering Energieomzetting of energieverandering is de energie-uitwisseling die optreedt met de omgeving bij een chemische reactie.
enkelvoudige binding         Een enkelvoudige binding is een atoombinding waarbij elk bindingsatoom één elektron  gemeenschappelijk stelt.
enkelvoudige stof  Een enkelvoudige stof is een stof waarvan de moleculen bestaan uit één atoomsoort.
essentiële ionenreactievergelijking De essentiële ionenreactievergelijking  geeft de combinatie van de ionen weer die een neerslag, gas of neutralisatie veroorzaken.
exo-energetische reactie         Een exo-energetische reactie is een reactie waarbij energie wordt  afgegeven.
extraheren        Extraheren is een scheidingstechniek die gebaseerd is op het verschil in oplosbaarheid.
extractiemiddel        Een extractiemiddel is een stof,  die één of meerdere bestanddelen uit een mengsel oplost bij het extraheren.

 F

filtraat      Het filtraat is de vloeistof die door de filter gelopen is.
filtreren       Filtreren is een scheidingstechniek die gebaseerd is op het verschil  in deeltjesgrootte.
formule-eenheid    De formule-eenheid is een vereenvoudigde voorstelling van een ionverbinding.
functionele groep.    Gemeenschappelijk atoom of atoomgroep voor stoffen in eenzelfde stofklasse.
fysische constante             Specifieke stofeigenschappen zoals kookpunt, smeltpunt.
fysisch verschijnsel           Een fysisch verschijnsel is een proces waarbij de samenstelling van de  materie niet verandert.

 G

gasmengsel             Homogeen mengsel van twee of meer gassen.
gasontwikkelingsreactie    Een gaswikkelingsreactie is een chemisch proces waarbij door het samenvoegen van elektrolytoplossingen gasbellen in een vloeistof ontstaan.
gasvorming          Stofverandering waarbij een schuim gevormd wordt.
gehydrateerd ion       Een gehydrateerd ion is een ion dat omringd is door watermoleculen.
geleider         Een stof of een oplossing die verplaatsbare ladingen bevat.
geometrie         De geometrie van een molecule is de ruimtelijke schikking van de atomen ten opzichte van elkaar.
groep                   Een kolom in het PSE noem je een groep.
grof mengsel               Heterogeen mengsel van vaste stoffen.

  H

halogenen         De halogenen zijn de elementen die in de zevende hoofdgroep  van het PSE staan.
heterogeen mengsel    Bij een heterogeen mengsel kun je de bestanddelen onderscheiden  met het blote oog.
hoeveelheid stof           In de chemie druk je een hoeveelheid stof uit in mol.
homogeen mengsel     Bij een homogeen mengsel kun je de bestanddelen niet onderscheiden met het blote oog.
hoofdgroep                   De hoofdgroepen zijn de a-groepen en groep 0 van het PSE.
hydraat            Hydraten zijn zouten die in hun kristalstructuur water bezitten.
hydroxide   De hydroxiden zijn ionverbindingen tussen een metaalion en één of  meerdere hydroxide-ionen.
hydroxide-ionen        De functionele groep van hydroxiden.
hydroxylgroep        De functionele groep van alcoholen.

 I

index Een index geeft aan hoe vaak je eenzelfde atoomsoort terugvindt in  een molecule.
intermoleculaire krachten   Intermoleculaire krachten zijn krachten tussen moleculen onderling.
inert         Een inerte stof, is een stof die weinig reactief is.
intramoleculaire krachten  Intramoleculaire krachten zijn de chemische bindingskrachten tussen de atomen van een atoomverbinding.
ion      Een ion is een geladen deeltje.
Ion-dipoolkrachten       Ion-dipoolkrachten zijn de zeer sterke intermoleculaire aantrekkingskrachten tussen ionen en dipoolmoleculen.
Ion-ionkracht   Aantrekkingskracht tussen de tegengesteld geladen ionen in een ionverbinding.
ionbinding     Een ionbinding treedt op tussen metaalionen en niet-metaalionen.
ionenuitwisselingsreacties       Ionenuitwisselingsreacties zijn reacties tussen tegengesteld geladen ionen van twee elektrolyten in water
ionisatie    Ionisatie is het proces waarbij sommige polaire moleculen ionen vormen wanneer ze oplossen in water.
ionisatievergelijking Een ionisatievergelijking is een vergelijking die de ionisatie van polaire moleculen in water weergeeft.
ionrooster     In een ionrooster zijn alle ionen geordend volgens een regelmatig patroon.
ionverbinding     Een ionverbinding is het geheel van positieve en negatieve ionen.
ionvorming          Ionvorming is het proces waarbij atomen elektronen uitwisselen om te komen tot een edelgasconfiguratie.
isolator        Een stof of een oplossing die geen verplaatsbare ladingen bevat.
IUPAC-benaming   IUPAC-benaming of systematische benaming.

 K

karakteristieke groep Gemeenschappelijk atoom of atoomgroep voor stoffen in eenzelfde stofklasse.
kation  Een kation is een positief geladen ion.
koolstofgroep   De koolstofgroep zijn de elementen die in de vierde hoofdgroep  van het PSE staan.
koolstofverbinding      Organische stoffen of koolstofverbindingen zijn stoffen die  hoofdzakelijk in de levende natuur voorkomen.
koolwaterstof   Een koolwaterstof is een verbinding waarin uitsluitend koolstof- en waterstofatomen zitten.
kristalliseren         Kristalliseren is een scheidingstechniek die gebaseerd is op het verschil in kookpunt.

L

ladingsvector       De ladingsvector geeft de ladingsverschuiving van de bindingselektronen in een polaire binding aan.
ladingsverschuiving  De verschuiving van de bindingselektronen in een polaire binding.
legering       Homogeen mengsel van vaste stoffen.
Lewisnotatie    Elektronenstipmodel of Lewisnotatie is een vereenvoudigde voorstelling van de valentie-elektronen rond een atoomkern

 M

massaconcentratie (cm)      De massaconcentratie van een oplossing is de verhouding van de massa opgeloste stof uitgedrukt in gram tot het volume van de oplossing uitgedrukt in liter.
massadichtheid     Massadichtheid is de verhouding tussen de massa en het volume van een stof.
massagetal (A)     Het massagetal van een atoom is de som van het aantal protonen en  neutronen in de atoomkern.
materie     Materie is de verzamelnaam voor alle stoffen. Het omvat alles wat een massa heeft.
meetbare stofeigenschap       Stofeigenschappen die te bepalen zijn met meettoestellen.
mengsel  Een mengsel bestaat uit verschillende stoffen.
metaal   Een metaal is een elektropositief element. Een metaal geeft elektronen af om de edelgasconfiguratie te bekomen. Er ontstaat een positief ion of kation.
metaalbinding      en metaalbinding is een binding waarbij de metaalatomen hun elektronen van de buitenste schil afgeven. De hierbij ontstane positieve metaalionen vormen samen met de afgegeven elektronen de basis van het metaalrooster. De losgekomen elektronen kunnen   zich vrij bewegen tussen de metaalionen.
metaaloxide       Metaaloxiden zijn ionverbindingen tussen metaalionen en oxide-ionen.
metaalrooster      In een metaalrooster zitten positieve metaalionen op regelmatige afstand van elkaar. De losgekomen elektronen kunnen zich vrij bewegen tussen de metaalionen.
minerale stof     Anorganische of minerale stoffen zijn samengestelde stoffen die vooral voorkomen in de niet-levende natuur.
mol        De mol is de eenheid waarmee je een hoeveelheid stof uitdrukt.
molaire concentratie (c De molair concentratie van een oplossing is de verhouding van de hoeveelheid opgeloste stof uitgedrukt in mol tot het volume van de oplossing uitgedrukt in liter.
molaire massa (M)    De molaire massa is de massa van 1 mol deeltjes en wordt uitgedrukt in g/mol.
molair volume (Vm)    Het molair volume is het volume dat 1 mol van een stof inneemt
molecule       Een molecule is een groep aan elkaar gebonden atomen.
molecuulmodel        Een molecuulmodel is de voorstellingswijze van hoe atomen een molecule vormen.
molecuulrooster      Roosterstructuur van moleculen in vaste toestand die volgens een bepaald patroon zijn geordend.
molverhouding               Molverhouding is de verhouding van de coëfficiënten zoals weergegeven in een reactievergelijking.

N

natuurlijke stoffen    Natuurlijke stoffen zijn stoffen die in de natuur voorkomen.
neerslagreactie   Neerslagreactie is een chemisch proces waarbij door het samenvoegen van elektrolytoplossingen vaste deeltjes in een vloeistof ontstaan.
neerslagvorming       Stofverandering waarbij een suspensie ontstaat.
neutrale oplossing  Een neutrale oplossing ontstaat als de hoeveelheid stof van de waterstofionen gelijk is aan de hoeveelheid stof van de hydroxide-ionen.
neutralisatiereactie   Een neutralisatiereactie is een chemisch proces van een zuur en een hydroxide waarbij zout en water ontstaat.
neutron (n0)                Een neutron is het neutraal deeltje dat zich in de atoomkern bevindt.
nettoladingsverschuiving   De vectoriële som van alle ladingvectoren in een polair of apolair molecule.
nevel        Mengsel van kleine vloeistofdruppels in een gas.
nevengroepen            De nevengroepen zijn de b-groepen van het PSE.
niet-elektrolyt      Een niet-elektrolyt is een samengestelde stof die bij het oplossen geen ionen vormt en dus de elektrische stroom niet geleidt.
niet-metaal   Een niet-metaal is een elektronegatief element. Een niet-metaal neemt elektronen op om de edelgasconfiguratie te bekomen. Er ontstaat een negatief ion of anion.
niet-metaaloxide                     Niet-metaaloxiden zijn atoomverbindingen van niet-metaalatomen en zuurstofatomen.
normaal alkaan                Alkanen waarbij alle C-atomen één lange keten vormen.
nucleonen        Nucleonen of kerndeeltjes.

O

omslaggebied         Het omslaggebied is het pH-gebied waarin de kleurverandering van een zuur-base-indicator gebeurt.
ongepaard elektron     Een apart elektron in de buitenste schil van een atoom.
ontleding  Een analyse of ontleding is de omzetting van een samengestelde stof  naar twee of meer enkelvoudige stoffen.
oplosbaarheidstabel      De oplosbaarheidstabel geeft informatie over de mogelijkheid tot neerslagvorming bij een ionenuitwisselingsreactie.
oplossing     Een oplossing bestaat uit een vloeistof, vaste stof of een gas opgelost in een vloeistof.
organische stof    Organische stoffen of koolstofverbindingen zijn stoffen die hoofdzakelijk in de levende natuur voorkomen .
oxidatie             Een oxidatie is een chemisch proces waarbij het oxidatiegetal van een  element stijgt en elektronen worden afgestaan.
oxidatiegetal (OG)         Het oxidatiegetal (OG) is de denkbeeldige lading die een atoom krijgt als alle bindingen met de atomen van een ander element in die verbinding ionbindingen zijn.
oxidator                 Een oxidator is een stof die elektronen opneemt.
oxide          Oxiden zijn binaire verbindingen die zuurstof bevatten. 
oxozuur       Een oxozuur is een zuur dat bestaat uit drie elementen: waterstof,  een centraal niet-metaal en zuurstof.

  P

partieel negatieve lading             De partieel lading of deellading welke het meest elektronegatieve atoom krijgt in een polaire binding.
partieel positieve lading     De partieel lading of deellading welke het minst elektronegatieve atoom krijgt in een polaire binding.
periode    Een rij in het PSE noem je een periode.
pH   De pH is het negatief logaritme van de evenwichtsconcentratie aan H+ – ionen en geeft de zuurgraad van een oplossing weer.
pH-schaal  De pH-schaal is de schaal van 0 tot 14 wat de zuurtegraad van een oplossing aangeeft.
proton (p+)            Een proton is het positief geladen deeltje dat zich in de  atoomkern bevindt.
Periodiek Systeem van de Elementen (PSE)    Het Periodiek Systeem van de Elementen ordent de elementen die men tot op vandaag kent volgens toenemend atoomnummer in een tabel .
polaire binding         Een polaire binding ontstaat wanneer twee atomen met een verschillende EN-waarde een binding aangaan.
polaire molecule   Polaire molecule of dipoolmolecule is een molecule met een nettoladingsverschuiving.
   

R

reactiepijl               De reagentia en reactieproducten in een reactievergelijking worden gescheiden met behulp van een reactiepijl.
reactieproduct     Een reactieproduct of eindstof is de stof die gevormd wordt tijdens  een reactie.
reactievergelijking      Een reactievergelijking is een symbolische voorstelling van een  chemische reactie.
reagens              Een reagens of beginstof is de stof die tijdens een reactie een  verandering ondergaat.
redoxreactie         Een reactie waarbij het OG van een element toeneemt en het OG van een ander element afneemt
reductie      Een reductie is een chemisch proces waarbij het oxidatiegetal van een element daalt en elektronen worden opgenomen.
reductor            Een reductor is een stof die elektronen afgeeft.
relatieve atoommassa Ar    Duid aan hoeveel maal de absolute atoommassa van een atoomsoort groter is dan de atoommassa-eenheid.
relatieve molecuulmassa Mr       Is de verhouding van de absolute molecuulmassa van een molecule tot de atoommassa-eenheid.
residu           Het residu is de stof die achterblijft na filtreren of destilleren.
rook      Heterogeen mengsel van kleine vaste deeltjes in een gas.

 S

samengestelde stof     Een samengestelde stof is een stof waarvan de moleculen bestaan uit meerdere atoomsoorten.
scheidingsschema    Een overzichtelijke manier om de gebruikte scheidingstechnieken bij een complex mengsel voor te stellen.
scheidingstechnieken  Om mengsels te scheiden in zuivere stoffen gebruik je scheidingstechnieken.
schil   Energieniveau of schil is de plaats waar elektronen zich bevinden rond de atoomkern volgens het atoommodel van Bohr.
schuim       Heterogeen mengsel van een gas in een vloeistof.
stamnaam        De stamnaam geeft aan hoeveel koolstofatomen er in de koolstofketen aanwezig zijn.
sterke elektrolyt     Sterke elektrolyten zijn stoffen waarvan het gedeelte dat oplost in water volledig in ionen ioniseert of dissocieert.
sterk zuur   Een zuur waarbij alle moleculen ioniseren in een  oplossing.
stikstofgroep        De stikstofgroep zijn de elementen die in de vijfde hoofdgroep van het PSE staan.
stocknotatie        Bij de stocknotatie maak je gebruik van oxidatiegetallen in de systematische naam.
stofeigenschappen      Stofeigenschappen zijn eigenschappen die betrekking hebben op de stof(fen) waaruit het voorwerp opgebouwd.
stoffenreactievergelijking   De stoffenreactievergelijking geeft de reactie weer met de formules van alle reagentia en reactieproducten bij een ionenuitwisselingsreactie.
stofklasse        Een stofklasse is een groep stoffen met gelijkaardige chemische eigenschappen.
stofverandering            Stofomzetting bij een chemische reactie.
stofomzetting  De vorming van nieuwe stoffen bij een chemische reactie.
stoichiometrie     Stoichiometrie is de verhouding waarin reagentia met elkaar reageren en reactieproducten vormen.
structuurformule     De structuurformule is een tweedimensionele weergave van de verschillende atomen en alle atoombindingen ertussen.
suspensie       Een suspensie bestaat uit fijne vaste deeltjes in een vloeistof.
symbool               Elk element heeft een naam die je met een symbool kunt voorstellen.
synthese      Een synthese of samenstelling is de omzetting van enkelvoudige stoffen naar samengestelde stof.
synthetische stoffen    Synthetische stoffen zijn stoffen die bereid worden in de chemische industrie.
systematische naam    De systematische naam van een stof is de naam van die stof die  volgens internationale afspraken stapsgewijs wordt opgebouwd.

 T

ternaire zout                   Ternaire zouten zijn zouten waarvan de zuurrest afkomstig is van een ternair zuur.
ternair zuur        Ternaire zuren zijn zuren die opgebouwd zijn uit 3 elementen: waterstof, een niet-metaal en zuurstof.
triviale naam         De triviale naam of gebruiksnaam van een stof is de naam die in het dagelijks leven gebruikt wordt.

U

uitdampen        Scheidingstechniek voor homogene mengsels op basis van kooktemperatuur.
unit      Internationale atoommassa-eenheid, gelijk aan 1/12de van de massa van een C-atoom.
universele indicator      De universele indicator is een mengsel van verschillende zuur-base-indicatoren waardoor het voor meerdere pH-waarden een andere kleur aangeeft.

V

valentie-elektron

Een valentie-elektron is een elektron dat zich in de buitenste bezette schil van een atoom bevindt.

verdunnen   Verdunnen is het toevoegen van extra oplosmiddel aan een oplossing. De hoeveelheid opgeloste stof blijft ongewijzigd.
verdunningsregel             De verdunningsregel is de aanduiding dat de hoeveelheid opgeloste stof ongewijzigd blijft bij het verdunnen van een oplossing.
verkorte structuurformule    Structuurformule waarbij de bindingen met waterstof niet worden getekend.
voorwerpeigenschappen  Voorwerpeigenschappen zijn eigenschappen die betrekking hebben op het voorwerp.

W

waterstofbrugkrachten Waterstofbrugkrachten zijn intermoleculaire krachten die ontstaan tussen moleculen waarin een waterstofatoom gebonden is aan fluor, zuurstof of stikstof.
waterstofzouten          Waterstofzouten zijn zouten waarbij in de zuurrest nog één of meerdere waterstofatomen zijn gebonden.
wet van behoud van atoomsoorten  Bij een chemische reactie blijven de atoomsoorten en het aantal atomen behouden. Alle atoomsoorten die voorkomen in de reagentia zijn ook terug te vinden in de reactieproducten.
wet van behoud van massa  Bij een chemische reactie blijft in een afgesloten ruimte de totale massa gelijk. Dit is de wet van Lavoisier of de wet van behoud van massa.

Z

zeven         Scheidingstechniek voor heterogene mengsels op basis van verschil in deeltjesgrootte.
zout          Zouten zijn ionverbindingen tussen één of meerdere metaal- of ammoniumionen en één of meerdere zuurrestionen.
zure oplossing   Een zure oplossing ontstaat als de hoeveelheid stof van de waterstofionen groter is aan de hoeveelheid stof van de hydroxide-ionen.
zuur               Zuren zijn atoomverbindingen tussen één of meerdere waterstofatomen en een zuurrest.
zuur-base indicator    Een zuur-base indicator is een stof die een verschillende kleur aanneemt afhankelijk van de pH van de oplossing.
zuurrest       Het negatieve ion dat ontstaat bij het ioniseren van zuren.
zuivere stof  Een zuivere stof bestaat uit één stof.
zuurtegraad       De zuurtegraad van een oplossing is een maat om aan te geven of een oplossing zuur, neutraal of basisch is.
zuurstofgroep  De zuurstofgroep zijn de elementen die in de zesde hoofdgroep van het PSE staan.
zwak elektrolyt       Zwakke elektrolyten zijn stoffen waarvan het gedeelte dat oplost in water weinig in ionen ioniseert of dissocieert.
zwak zuur         Zwakke zuren lossen volledig op in water maar ioniseren slechts gedeeltelijk.

 

Zoektermen

Een UCLL project

logo lerarenopleidinglogo UCLLlogo Vakdidactieklogo Art of Teaching

Partners

logo covalent

translate »