Het broeikaseffect

Link: http://phet.colorado.edu/en/simulations/translated/nl

Doel:

Aan de hand van bovenstaande link kan je een simulatie i.v.m. het broeikaseffect via de site van PhET bekijken.

Hoe ga je te werk:

Geef de bovenstaande link in. Je komt op de site van PhET terecht waar een lange lijst met titels van simulaties staat.Druk op je toetsenbord de toetsen ‘Ctrl’ ‘F’ tegelijkertijd in. Bovenaan rechts op de webpagina verschijnt er een balk waar je tekst in kan geven. Schrijf in de balk ‘ Het broeikaseffect’.

De titel van de simulatie over het broeikaseffect wordt aangeduid met een kleur.

Klik op ‘download’ achter de titel en speel de simulatie af.

Verkenning:

De eerste simulatie heeft de titel ‘ Broeikaseffect’. Aan de rechter kant van het scherm staan er een hele boel variabelen. Speel de simulatie af en verander de variabelen een paar keer.

In de kader met ‘Concentratie broeikasgas’ staan er verschillende stoffen geschreven. Benoem deze stoffen.

CO₂ ………koolstofdioxide………

CH₄ …………methaan………………

N₂O…………distikstofoxide………………

Waarvoor staat de afkorting ppm die achter de stoffen geschreven staat?

………………parts pro mille……………………..

Opdrachten:

• Klik onderaan op ‘ Alles resetten’ en zet het beeld stil.
• Zet het afspeeltempo op middelmatig en de thermometerschaal op ‘graden Celcius’.
• Zet ‘Atmosfeer gedurende…’ op ‘IJstijd’
• Zet het aantal wolken op 0.
• Neem een klok of horloge waar je seconden op kan aflezen.

Oefening1

Beantwoord de vragen en schrijf je waarnemingen in de tabel.

1. Hoeveel bedraagt de begintemperatuur op de thermometer (duw hiervoor heel even op de aanzetknop en zet hem meteen weer af) in °C en K?
2. Hoeveel bedraagt de temperatuur na 10 seconden?
3. Hoeveel bedraagt de temperatuur na nog eens 10 seconden ( dus 20 seconden van af het begin geteld)?
4. Hoeveel bedraagt de temperatuur na nog eens 10 seconden ( dus 30 seconden van af het begin geteld)?

 

Tabel:

1. Hoe verklaar je het dat de begintemperatuur beduidend hoger ligt dan de temperatuur na 10 seconden? Zolang de fotonen uit het zonlicht, de aarde niet raken en er geen infrarood fotonen ontstaan, blijft de temperatuur op aarde dalen.
2. Wat is het verband tussen °C en K? K= °C +273

Oefening 2:

• Zet alle instellingen weer zoals aan het begin van oefening 1.
• Zet ‘Atmosfeer gedurende…’ op ‘Vandaag’

Voer de oefening hetzelfde uit als oefening 1 en schrijf je waarnemingen in de tabel.

Tabel:

1. Wat merk je als je de waarden uit tabel van de eerste meting vergelijkt met die van de tweede meting? Bij de tweede meting stijgt de temperatuur sneller dan bij de eerste
2. Waaraan zou dit kunnen liggen? Vergelijk de gegevens in de tabel ‘ concentratie broeikasgas ’ . Vul de gegevens in, in onderstaande tabel.

Tabel:

1. Verklaring:Hoe meer broeikasgassen er in de atmosfeer aanwezig zijn, hoe sneller de temperatuur stijgt.
2. Zet de concentratie broeikasgassen op ‘groot’ en kijk hoeveel de temperatuur na 30 seconden bedraagt. Komt je waarneming overeen met de verklaring bij vraag c? Leg uit. De temperatuur bedraagt ongeveer 15°C. De waarneming komt overeen met de verklaring, doordat er meer broeikasgassen aanwezig zijn, stijgt dat temperatuur nog sneller.

Oefening 3:

• Zet alle instellingen weer zoals aan het begin van oefening 2.
• Zet het aantal wolken op 3.

1. Wat gebeurt er volgens jou met de temperatuur, zal deze na 30 seconden hoger of lager liggen dan wanneer er geen wolken zijn?
2. Zet de simulatie aan en kijk hoeveel de temperatuur na 30 seconden bedraagt. Verklaar je waarneming. De temperatuur is lager. Dit komt doordat de wolken de fotonen van de zon terug omhoog kaatsen. Hierdoor komen er minder zonfotonen op de aarde terecht en ontstaan er minder infrarood fotonen die de aarde opwarmen.

Oefening 4:

1. Algemeen besluit: Het broeikaseffect wordt o.a. bepaald door twee variabelen:
   1. De samenstelling van de atmosfeer
   2. De aanwezigheid van wolken